Je hebt een oplossing van NaOH met pH = 10,0. Je doet er extra korreltjes NaOH bij. De pH zal daardoor…
even groter worden, maar is daarna weer 10,0
praktisch gelijk blijven
groter worden
kleiner worden
Plaats de oplossingen I, II en III van links naar rechts in volgorde van toenemende pH.
I KOH-oplossing met c = 0,0010 mol/L II zuiver water III Ca(OH)2 met c = 0,0010 mol/L
I - II - III
II - III - I
II - I - III
III - II - I
Je hebt 200 ml van een HCl-oplossing met pH = 3,00. We verdunnen de oplossing met water tot pH = 4,00. Het nieuwe volume van de oplossing wordt daardoor: …
2000 ml
20,00 liter
100 ml
1000 ml
Welke deeltjes in de onderstaande vergelijking zijn geconjugeerde zuur/base-paren?
H3O+ + CO32- ---> HCO3- + H2O
H3O+ / HCO3- en H2O / CO32-
H3O+ / H2O en HCO3- / CO32-
H3O+ / CO32- en H2O / HCO3-
H2O / CO32- en H3O+ / HCO3-
Hoe groot is de pH in een waterige oplossing met c(HCl) = 0,0025?
0,0025
11,40
ongeveer 7
2,60
De formule van het sulfietion is:
SO42-
SO4
SO32-
S2-
Lossen we NH4Cl in water op dan ontstaat onder meer:
NH3
NH3+
NH4
NH3-
Bereken de pH in een waterige oplossing van NaOH met c(NaOH) = 0,066 mol/l.
1,18
0,066
1,16
12,82
De pH van een waterige oplossing met 20 mmol NaOH in 500 ml oplossing is:
0,040
12,30
1,40
12,60
We lossen 100 mmol HNO3 op tot totaal 1000 mL waterige oplossing.