De druppelfout bij een titratie is ongeveer 0,03 mL.
Hoe groot is dan de onnauwkeurigheid hierdoor, bij een verbruik van 20 mL?

We titreren 50,0 mL NaOH-oplossing met zoutzuur. Het verbruik is 9,50 mL zoutzuur met c(HCl) = 0,1128 mol/L.
Hoeveel mmol NaOH bevat 50,0 mL NaOH-oplossing?

Voor de titratie van 25,00 mL verdund zwavelzuur is 12,25 ml NaOH-oplossing met c(NaOH) = 0,0750 mol/L nodig.

Reactie: H₂SO₄ + 2 OH^- ----> 2 H₂O + SO₄^2-

Hoeveel mmol H₂SO₄ bevat 25 mL oplossing?

Je lost 200 mg zuiver Na₂CO₃ op. Eindvolume is 250 mL.
Hoeveel mmol CO₃^2- bevat deze oplossing?

Voor de bepaling van het azijnzuurgehalte in een monster wordt 3,390 g azijnzuuroplossing afgewogen en verdund. De oplossing wordt getitreerd met natronloog met c(NaOH) = 0,0980 mol/L.

Reactie: CH₃COOH + OH^- ---> CH₃COO^- + H₂O

Verbruik: 26,75 mL.

Bereken het massa-% azijnzuur in het monster.

578,8 mg monster huishoudammonia (opl NH₃ in water) wordt afgewogen en verdund. De oplossing wordt getitreerd met een HCl-oplossing met c(HCl) = 0,1203 mol/L. Verbruik: 18,56 mL.
Reactie: NH₃ + H₃O⁺ ---> NH₄⁺ + H₂O

Hoeveel massa-% NH₃ bevat het monster?

Ter bepaling van de sterkte van verdunde natronloog, weeg je 395,0 mg kaliumwaterstofflalaat (KHC₈H₄O₄) af. Je lost het op en titreert met 15,57 mL natronloog.

Reactie: OH^- + HC₈H₄O₄^- ----> C₈H₄O₄^2- + H₂O

Bereken de analytische concentratie van NaOH in mol/L.

We voeren een titratie uit om in (zure) melk het gehalte melkzuur te meten.
100 mL melk wordt getitreerd met 7,50 mL NaOH-oplossing, c(NaOH) = 0,500 mol/L.

reactie: CH₃CHOHCOOH + OH^- ---> CH₃CHOHCOO^- + H₂O

Hoeveel mg melkzuur bevat 100 mL van deze melk?

Om de sterkte te bepalen van een NaOH-oplossing, wegen we 157,6 mg oxaalzuurdihydraat ((COOH)₂.2H₂O) af.
We titreren met 27,08 mL natronloog. Reactie:

(COOH)₂ + 2 OH^- ----> (COO^-)₂ + H₂O

Bereken c(NaOH).

Je titreert 10,0 mL van een azijnzuuroplossing uit een maatkolf van 100,0 mL.

V = 9,67 mL en c(NaOH) = 0,1000 mol/L.

Hoeveel mmol azijnzuur zit er in 100,0 mL?