Test hoofdstuk 3 n4
Kies het juiste antwoord.
De elementsymbolen van fosfor, zilver, mangaan en chroom zijn:
- P, Ag, Mn, Cr
- F, Ag, Mn, Cr
- P, Zi, Mn, Cr
- P, Hg, Mn, Ch
Een element is opgebouwd uit ...
- verschillende moleculen
- dezelfde atomen
- verschillende atomen
- kristallen van verschillende ionen
Welke van de volgende stoffen is een element?
- aarde
- lucht
- water
- ijzer
Hoeveel atomen van elke soort zitten in:
3(COOH)2.2H2O?
- 6 C 2 H 14 O
- 3 C 4 H 8 O
- 6 C 18 H 18 O
- 6 C 8 H 12 O
Met de volgende notatie:
H2O + Hg
bedoelen we:
- atomen H2O en moleculen Hg
- moleculen H2O en atomen Hg
- moleculen H2O en ionen Hg
- ionen H2O en atomen Hg
Sommige elementen vormen twee-atomige moleculen. voorbeelden zijn:
- stikstof, chloor, waterstof, zuurstof
- lucht, chloor, waterstof, zuurstof
- stikstof, chloor, waterstof, helium
- stikstof, chloor, helium, zuurstof
Uit een oplossing van koper(II)chloride kan men koper en chloor winnen door ..., terwijl vast koper(II)chloride verkregen wordt door ...
- extractie, indampen
- indampen, elektrolyse
- elektrolyse, indampen
- thermolyse, indampen
Ionen zijn ...
- moleculen met verschillende atomen
- elektrisch geladen deeltjes (atomen, moleculen)
- elementaire deeltjes
- deeltjes in de atoomkern
Een 'verhoudingsformule' hoort bij ...
- een verbinding die uit moleculen bestaat
- een mengsel dat uit moleculen bestaat
- een element dat uit moleculen bestaat
- een verbinding die uit ionen bestaat
De aggregatietoestand van een stof wordt in de reactievergelijking aangegeven met ...
- l, g, s
- m, g, s
- v, l,a
- a, s, g
Voor een verbinding geldt:
- kristal van dezelfde ionen
- moleculen, elk molecuul bevat verschillende soorten atomen
- moleculen, elk molecuul bevat één soort atomen
- kristal van dezelfde atomen
Wat betekent: 3 P4?
- 3 moleculen, in elk molecuul 4 fosforatomen
- 3 atomen van fosfor
- 12 fosformoleculen
- 4 fosformoleculen
We leiden elektrische stroom door een koper(II)chloride-oplossing in water. Er vindt een reactie plaats. Er ontstaat vast koper en chloorgas.
Cu2+(a) + 2 Cl-(b) ---> Cu(c) + Cl2(d)
Welke betekenis hebben: a, b, c en d?
- a = l; b = l; c = s; d = g
- a = aq; b = aq; c = l; d = g
- a = aq; b = aq; c = aq; d = g
- a = aq; b = aq; c = s; d = g
Een verbinding bestaat uit ...
- een kristal of losse atomen
- losse moleculen of losse atomen
- losse moleculen of een kristal
- losse atomen
Bekende elementen die moleculen vormen met twee atomen zijn onder andere:
- zuurstof en waterstof
- waterstof en koolstof
- ijzer en zuurstof
- koolstof en waterstof