Startpagina mlochemie
Naamgeving anorganische stoffen vernieuwd
De naamgeving van anorganische stoffen verloopt volgens regels die in het boek (Basischemie voor analisten) beknopt is uitgelegd. De regels zijn verschillend voor moleculen enerzijds en ionen anderzijds.
In namen van moleculen geven we het aantal (en soort) atomen aan met voorvoegsels:
1 mono
2 di
3 tri
4 tetra
5 penta
enz.
Voorbeelden:
N2O4 | distikstoftetraoxide |
H2O | diwaterstofoxide |
O2 | dizuurstof |
P4 | tetrafosfor |
Namen van verbindingen die uit ionen bestaan:
BaO | bariumoxide |
CaBr2 | calciumbromide |
Na2CO3 | natriumcarbonaat |
Al2(SO4)3 | aluminiumsulfaat |
Als er verschillende ionwaarden (valenties) mogelijk zijn voor het positieve ion, dan geven we dit aan met een Romeins cijfer:
FeCl2 | ijzer(II)chloride |
FeCl3 | ijzer(III)chloride |
PbCO3 | lood(II)carbonaat |
Pb(CO3)2 | lood(IV)carbonaat |
Deze naamgeving geeft algemeen aanvaardbare namen die gebruikelijk zijn in de laboratoriumwereld.
Maar …
Over de best mogelijke regels voor de namen wordt nagedacht en gediscussieerd door de leden van de IUPAC (International Union of Pure and Applied Chemistry). De IUPAC geeft vervolgens hun naamgevingsadviezen door aan de chemici. Goed systeem, dan weten alle chemici wereldwijd waarover ze het hebben. In de praktijk blijkt evengoed vaak dat de officiële IUPAC-namen niet altijd in het laboratorium gebruikt worden. Denk aan ‘dizuurstof’ voor O2. Of ‘diwaterstofoxide’ voor H2O. We moeten als aankomende laboratoriummedewerkers natuurlijk wel op de hoogte zijn van de IUPAC-namen ook al gebruik je ze vaak niet.Per 2015 zijn de IUPAC-regels voor anorganische stoffen iets veranderd. De (voor ons) belangrijkste verandering is dat de regel voor molecuul-namen nu ook geldt voor de verbindingen van ionen.
Bijvoorbeeld:
formule | gebruikelijke naam | nieuwe naam |
Cu2O | koper(I)oxide | dikoperoxide |
CuO | koper(II)oxide | kopermono-oxide of kopermonoxide |
FeCl2 | ijzer(II)chloride | ijzerdichloride |
FeCl3 | ijzer(III)chloride | ijzertrichloride |
Bij samengestelde ionen (PO43-, SO42- ed.) kan een probleem ontstaan met gebruik van de afgesproken numerieke voorvoegsels. Bijvoorbeeld voor het dichromaat-ion (Cr2O72-). PbCr2O7 zou dan in de nieuwe naamgeving looddichromaat worden. Maar deze naam wijst ook naar: Pb(CrO4)2. Om dit soort problemen te voorkomen zijn - voor samengestelde anionen - de numerieke voorvoegsels aangepast tot:
2 bis
3 tris
4 tetrakis
5 pentakis
enz.
Zo krijgen we:
formule | gebruikelijke naam | nieuwe naam |
PbCr2O7 | lood(II)dichromaat | lood(2+)dichromaat |
Pb(CrO4)2 | lood(IV)chromaat | lood(4+)bis(chromaat) |
PbCO3 | lood(II)carbonaat | lood(2+)carbonaat |
Pb(CO3)2 | lood(IV)carbonaat | lood(4+)carbonaat |
Al2(SO4)3 | aluminiumsulfaat | dialuminiumtris(sulfaat) |
Indien nodig wordt in de nieuwe naam de valentie van het metaalion vermeld als: (+), (2+) enzovoort.
Al met al moet gezegd worden dat de hoofdregel eenvoudiger wordt maar de toepassing ervan moeilijker. De klassieke naamgevingregels zoals in het boek uitgelegd, leiden tot namen die nog steeds algemeen aanvaard zijn en ook door de IUPAC als juist worden gezien.
Chemisch rekenen: blijf oefenen!
Onderstaand voor enkele typen berekeningen nog eens enkele handvatten en of adviezen....
Oplossen en verdunnen
Bedenk altijd dat bij het maken van een verdunning ....
- het volume groter wordt,
- de hoeveelheid opgeloste stof gelijk blijft,
- de verdunningsfactor het grote volume gedeeld door het kleine volume is.
Titreren
Bij het titreren zijn er in hoofdzaak twee typen berekeningen: gehaltebepaling en titerstelling. Een berekening van een gehaltebepaling verloopt altijd volgens onderstaand schema.
Een titratieberekening waarbij je de sterkte titrant (titer) berekent, verloopt altijd als volgt:
Avogadro
Gassen zijn stoffen waarvan de moleculen (of atomen bij edelgassen) vrij bewegen. Een gas waarvan de moleculen elkaar helemaal niet aantrekken of afstoten noemen we een ideaal gas. Echte gassen zijn niet ideaal maar het scheelt zo weinig dat we doen alsof. De fout die we dan maken is meestal gering.
Het doet er niet toe hoe groot de moleculen zijn. De natuurkundige Avogadro ontdekte aan het begin van de 19e eeuw (zeg maar 200 jaar geleden) het volgende:
Gelijke volumes van verschillende gassen bevatten evenveel moleculen.
Elk gas bij dezelfde temperatuur en druk.
Hij ontdekte ook hoeveel moleculen er in 1 mol zitten: 6,02 . 1023
We noemen dit aantal, het aantal deeltjes in 1 mol gas: de Avogadroconstante. Symbool: NA.
Bij standaard druk (1 atm; 1,013 bar; 1,013.105 Pa) en standaard temperatuur (0oC; 273,15 K) neemt een mol van een gas een volume in van 22,4 liter.
We noemen dit: het molair gasvolume.
Welkom bij Basischemie voor analisten. Een chemieleerboek voor het 1e en 2e jaar van het Middelbaar Laboratoriumonderwijs.
Maar let op: studenten die in schooljaar 2025-2026 met Basischemie voor analisten zijn begonnen, krijgen door de activatiecode voor in het boek te gebruiken toegang tot de online leeromgeving van Syntax Media. Deze leeromgeving heeft veel uitgreidere mogelijkheden dan deze website.
Voor zij die in 2025 starten met een nieuw boek is deze website mlochemie.nl dus niet meer niet meer van toepassing.
Jammergenoeg is de tekst in "Basischemie voor het MLO" niet helemaal zonder fouten.
Hieronder staan de fouten die tot nu toe gevonden zijn. En door wie ze gevonden zijn.
pagina | fout | gevonden door: |
28 |
Op pagina 28 wordt het symbool ρ (rho) gebruikt om het massapercentage aan te geven. Dat is niet goed. ρ is het symbool voor dichtheid (g/mL) of voor massaconcentratie (mg opgeloste stof/L). Dat is al ingewikkeld genoeg.... Voor de "massaconcentratie" is er niet een speciaal symbool in gebruik. |
Sarab van het Zadkine-college Rotterdam |